|
|

Ingrediënten voor 12 keer de Zeeuwse bolus
500 gram bloem
280 ml lauwe melk
14 gram gist
1 ei
50 gram ongezouten roomboter op kamertemperatuur
1 theelepel geraspte citroenschil
300 gram donkere basterdsuiker
100 ml water
2 eetlepels kaneelpoeder
Een snuf zout

Roer de gist door de lauwwarme melk en laat even staan. Dit kan gewoon in de beslagkom.
Doe de bloem en het ei ook in de kom en kneed een minuut of 5, met de hand of met de machine. Voeg de roomboter en het zout toe. Kneed nog 5 minuten tot een soepel, maar nog een beetje plakkerig, deeg.
Dek de beslagkom af met een schone theedoek en laat het een uur rijzen op een warme plek.
Meng de basterdsuiker met de kaneel en giet het in een langwerpige schaal. Zet ook een bakje water klaar.
Verwarm de oven voor op 230 graden
Verdeel het deeg in 12 bolletjes. Rol een bolletje uit tot een streng van ongeveer 30 cm.
Smeer de streng in met een beetje water en rol hem vervolgens door de schaal met suiker. Rol de streng op en maak het uiteinde vast aan de onderkant. Leg de Zeeuwse bolus op de bakplaat.
Herhaal dit tot je bakplaat vol is. Ik bakte er 6 per keer. Schuif de bakplaat in de oven en bak in 6 tot 9 minuten, afhankelijk van je oven, gaar.
Leg de Zeeuwse bolussen, direct als ze uit de oven komen, omgekeerd op een platte schaal of op plat bord. Op het aanrecht op een stuk bakpapier kan ook. Doe dit voorzichtig en met een spatel, want de broodjes zijn loeiheet!
Laat de Zeeuwse bolussen afkoelen en val aan!

