10 tips om je gerechten te laten shinen

Aankomende dagen zullen heel wat uurtjes in de keuken doorgebracht worden. Door mij in ieder geval wel. Verrassend he. Vanavond staan er tongrolletjes met champagnesaus op het menu. Morgen gaan we barbecuen bij mijn ouders in de tuin en zondag zijn Douwe en ik verantwoordelijk voor het voorgerecht. Een trio van bitterballen gaat het worden. We gaan zelf bitterballen met tom kha kai-vulling, draadjesvleesvulling en geitenkaas-truffelvulling maken. Als je dan zo lang in de keuken  hebt gestaan verwacht je natuurlijk wel de nodige oeh’s en ah’s als het gerecht gepresenteerd wordt. Hoe je dat bereikt ga ik je vandaag vertellen. Hieronder staan 10 tips om je gerecht te laten shinen. Want shinen zal het. We hebben niet voor niks zo lang in de keuken gestaan!

Gebruik verschillende kleuren op het bord

Het is mooi om verschillende kleuren te gebruiken. Groene (peterselie en andere kruiden, sla of komkommer), oranje (zoete aardappel, wortel, sinaasappel), witte (kaas, room of poedersuiker) of rode (tomaat, paprika of chilipeper) ingrediënten zorgen voor mooie kleureffecten op het bord. Welke ingrediënten je kiest zijn natuurlijk afhankelijk van het gerecht dat je maakt. Zorg dat de ingrediënten goed bij elkaar passen. Ik check als ik klaar ben met koken meestal nog even de koelkast op kleurrijke ingrediënten. Er ligt altijd nog wel iets wat ik kan gebruiken.

Kruiden maken alles mooier

Gebruik je verse kruiden in het gerecht? Hak dan het restje fijn en strooi voor het serveren over het gerecht heen. Je kunt ook een takje op het gerecht leggen Dit werkt vooral goed met krulpeterselie, tijm, oregano en rozemarijn. Let op dat je niet teveel van de kruiden gebruikt. De smaak van het kruid mag niet gaan overheersen. En tenslotte gebruik alleen kruiden die in het gerecht zitten. Niet alle kruiden passen overal bij.

De saus

Serveer nooit alle saus op het bord. Dat gaat ontzettend uitlopen en niet iedereen wilt dezelfde hoeveelheid saus. Heb je een dunne saus? Serveer de saus dan apart. Heb je een dikkere warme saus? Schep dan een lepel op het bord en maak met de bolle kant van de lepel een veeg. Doe een mayonaise of andere koude saus in een spuitflesje. Je kunt de saus dan mooi en sierlijk over het gerecht spuiten. Heb je een overheersende mayonaise? Bijvoorbeeld een wasabi-mayonaise of truffelmayonaise, zet dan alleen een paar stipjes op het bord. Wees creatief, maar onthoud: less = more!

Versgemalen peper doet wonderen

Maal vlak voordat je het eten serveert een beetje verse peper over het gerecht. Het gerecht ziet er dan extra vers en meteen restaurantwaardig uit. Ook hier geldt weer: niet teveel en alleen als peper bij het gerecht past. Wil je iets bijzonders? Gebruik dan citroenpeper (peper gemengd met geraspte citroen, te koop bij de toko) of roze peperkorrels. Roze peperkorrels zijn milde, bijna zoete, peperkorrels. Lekker bij gerechten met roomkaas en avocado.

Brood

Serveer je brood bij je gerecht of heb je nog oud brood liggen? Snijd dan per bord een dun plakje brood af. Verwarm de oven voor op 180 graden. Bekleed de bakplaat met bakpapier. Leg de plakjes brood op de bakplaat, besmeer ze met een beetje olijfolie en bestrooi met peper en zout. Bak de broodjes in 15-20 minuten knapperig. Leg de toastjes bij het gerecht. Staat mooi en maakt het gerecht meteen compleet.

Sla

Sla doet wonderen. Met een handje rucola of veldsla pimp je het bord onmiddellijk. Het gerecht ziet er meteen een stuk frisser uit en. Maak de sla wel even aan met wat olijfolie, peper en zout of gebruik een vinaigrette die bij het gerecht past. Wil je iets bijzonders? Gebruik van waterkers, baby-spinazie of snijbiet. Heb je een klein gerecht? Gebruik dan kiemgroente. Dit is in elke supermarkt te krijgen.

Nootjes

Zitten er in je gerecht pijnboompitten, amandelen, walnoten of gefrituurde uitjes verwerkt? Strooi dan voor serveren een handje van de nootjes over het gerecht. Je gasten kunnen dan meteen zien wat er in het gerecht zit en daarnaast staat het natuurlijk ook gewoon mooi. Hak grotere noten, zoals walnoten, pecannoten of amandelen, wel iets fijner. Zo voorkom je een te grove opmaak.

Meng niet alles door elkaar

Meng niet alle ingrediënten al door elkaar. Het staat veel mooier als je de pasta of rijst in een diep bord schept en de saus/het vlees/de vis/de groente er daarna pas bovenop schept. Het contrast van de witte rijst of pasta met de saus komt dan veel mooier uit. Je gasten kunnen het daarna zelf door elkaar mengen. Als ze dat willen natuurlijk ;).

Less = more

Schep niet het hele bord vol. Houd voorgerechten klein en maak van het hoofdgerechten een mooie kleine opmaak. De rest van het eten kun je dan in schalen op tafel zetten. Zo voorkom je dat kleine eters de helft van het gerecht laten staan en kunnen grote eters nog een keer opscheppen. En een kleine opmaak op een groot bord staat natuurlijk ook gewoon een stuk mooier.

Accepteren

En dan zijn er nog gerechten die gewoon niet zo mooi zijn. Accepteer dat een stoofpot of stamppot nooit een mooi gerecht zal worden. Hoe zeer je ook je best doet, draadjesvlees blijft een bruine berg met uit elkaar gevallen vlees. Niemand vindt dat raar en iedereen vindt het lekker. Want hoe je het ook wendt of keert. Uiteindelijk gaat het altijd om de smaak.

Wil je op de hoogte blijven? Volg mij dan op Facebook, Twitter of Instagram (username: @savorysweetsnl).

;